dinsdag 23 augustus 2011

Wind in de haren en een broedende Scholekster

Een dag te laat, door de vertraging met de ns, komen we op 30 april aan op het Waddeneiland Terschelling. Onze bagage laten we achter en gaan onze eerste kennismaking tegemoet met de planten en het eiland tijdens de excursie van Tim en Robin. Veel van de flora is aangepast aan het brak- of zoutwater milieu in de kwelders, of de voedselarme duinen. Tijdens de tocht komen we zeldzame orchideeën en andere interessante planten tegen. Na de excursie stappen we op de fiets om naar de camping te rijden. De tent opzetten vergt een goed geoefende campeertechniek, want het waait ontzettend.

’s Avonds vermaken we ons met het bereiden van het diner, kijken naar de broedende Scholekster die op ons tentenveld een nest heeft gebouwd en de ANWB Natuurgids: Door het voorlezen van de beschrijving raad de rest van de groep over welk plantje of beestje het gaat.

Even een testje:
Voorjaarsgeneratie geelbruin met bruinzwarte vlekken. Zomergeneratie bruinzwart met geelwitte en rode tekening. Komt voor in grote delen van Eurazië; ook bij ons algemeen. De soort vertoont een uitgesproken seizoendimorfisme. Beide vormen laten het typische landkaartpatroon op de vleugelonderzijde zijn.

Rara, wat is het?

Of

Onopvallend bruinachtig met zwarte vlekken; samen met de vuurpadjes de kleinste van onze amfibieën. Komt voor van het Iberisch Schiereiland noordwaarts tot Zwitserland en Duitsland, ook nog juist in Nederland. Vaak in steengroeven. Overwegend ’s nachts actief; valt op door de schelle roep, die aan klokgelui doet denken. In zuidelijkere streken kan met de roep verwarren met die van dwergooruil. Opmerkelijk is de broedzorg. De eisnoeren worden niet in het water afgezet, maar door het mannetje om de achterpoten gewikkeld en meegedragen.

Weet je het al?

Bron: ANWB Natuurgids, Ursula Stichmann-Marny en Wilfried Stichmann

Bij dit spel hebben de ouderejaars een duidelijke voorsprong aan kennis op de eerstejaars. Zullen wij over een paar jaar ook zoveel dieren en planten uit ons hoofd kennen en herkennen aan een enkele beschrijving?

De volgende dag gaan we wadlopen. Onze eigen Waddengids Koen vertelt ons alles over het wad, wat er leeft in de lucht, in de bodem en in de zee, wat er eet en wie afhankelijk is van wie. Hij laat ons op zoek gaan naar Strandkrabben; hoe onderscheid men het vrouwtje van het mannetje en hoeveel geslachtsdelen hebben ze? We zien en horen niet alleen, proeven hoort er ook bij. Dapperen onder ons maken Kokkels open (simpelweg door er twee tegen elkaar te draaien) en slurpen ze naar binnen, net als een oester.
Per toeval ontdekken we een Keverslak op een gevonden Japanse oester. Robin doet de ontdekking en begint enthousiast te vertellen. Dit beestje lijkt een beetje op een in de zee levende Pissebed. Ze horen tot de primitiefste weekdieren die nu nog op aarde leven en kwamen al voor in het Ordovicium (ca. 500 - 440 miljoen jaar geleden).

Maandag is de grote dag van de gevreesde Boschplaatwandeling. Een wandeling door de duinen en het wad, langs de oostelijke kant van het eiland, die de hele dag zal duren. Alleen als je zin hebt in uitdaging mag je mee, zo luidt het advies. Met allerlei hulpmiddelen (wandel- en wadloopschoenen, regenkleding en eten voor de hele dag) beginnen we met een aantal van ons in de duinen. De anderen gaan flora en fauna kijken in de duinen. Na de duinen komen we aan bij de zee en het wad waar het enorm stuift en waait; slierten van zand halen ons steeds weer in. Een gevonden vlieger onderweg herinnert aan een warme stranddag, iets dat ver weg lijkt op dit moment. Een gevonden dode zeehond zonder kop, uitgedroogde vissen en de skeletten van vogels vertellen het verhaal van barre omstandigheden.

Moe, uitgewaaid, maar zeer voldaan komen we terug bij de tent. Een mooie afsluiting van deze ontzettend leuke en leerzame excursie!

Rosa Diemont
1e jaar Bos- en Natuurbeheer

Geen opmerkingen:

Een reactie posten